Voorzorgen voor installatieBELANGRIJK! Installeer dit product nooit op plaatsenwaar, of op een manier waardoor het:— De bestuurder of passagiers kan ver-wonden als het voertuig plotselingstopt.— De bestuurder kan hinderen bij de be-diening van het voertuig, bijvoorbeeldop de vloer voor de bestuurdersstoel,of in de buurt van het stuur of de ver-snelling.! Controleer of er niets achter het dash-board of de panelen zit wanneer u hieringaten gaat boren. Let erop dat u geenbrandstofleidingen, remleidingen, elektro-nische componenten, communicatiedra-den of voedingskabels beschadigt.! Wanneer u schroeven gebruikt, let er danop dat deze niet in contact komen met deelektrische bedrading. Door trillingen kande isolatie van de draden beschadigdraken, met als gevolg kortsluiting of an-dere schade aan het voertuig.! Gebruik de bijgeleverde onderdelen op devoorgeschreven wijze, zodat dit productcorrect wordt ingebouwd. Als bepaaldeonderdelen niet bij het product zijn gele-verd, moet u geschikte onderdelen op devoorgeschreven wijze gebruiken nadat ude geschiktheid van de betreffende onder-delen bij uw dealer hebt nagevraagd. Alsu andere onderdelen dan de bijgeleverdeonderdelen gebruikt of onderdelen dieniet geschikt zijn, kunnen deze beschadi-gingen aan de interne onderdelen van hetproduct veroorzaken of kunnen deze on-derdelen en het product losraken.! Het is uiterst gevaarlijk als kabels ofsnoeren rond de stuurkolom of de versnel-ling gewikkeld kunnen raken. U moetdaarom dit product, de kabels en de be-drading zo installeren en wegwerken datze de besturing niet kunnen belemmerenof hinderen.! Zorg ervoor dat de draden niet geraaktkunnen worden door een portier of stoel-verschuivingsmechanisme, met eventueelkortsluiting tot gevolg.! Controleer of alle andere apparatuur vanuw voertuig goed werkt na de installatievan dit product.! Installeer dit product niet op een plekwaar het (i) het zicht van de bestuurderkan belemmeren, (ii) de werking van be-dieningssystemen of veiligheidsvoorzie-ningen van het voertuig kan belemmeren,zoals de airbags, knoppen voor noodver-lichting of (iii) de bestuurder kan hinderenbij het veilig bedienen van het voertuig.! Installeer het product tussen de bestuur-dersstoel en de voorste passagiersstoel,zodat het niet wordt geraakt door de be-stuurder of inzittende als het voertuig ab-rupt afremt.! Installeer het product in geen geval voorof naast de locaties in het dashboard, hetportier of de deurstijl van waar de airbagsvan uw voertuig tevoorschijn zullenkomen. Raadpleeg het instructieboekjevan uw voertuig voor de locatie van devoorairbags.! Het niet opvolgen van al deze voorzorgs-maatregelen kan resulteren in ernstig offataal letsel.Voorkomen vanelektromagnetische storingenOm storingen te voorkomen moeten de vol-gende voorwerpen zo ver mogelijk van dit pro-duct alsmede andere kabels en dradenworden geplaatst:! FM, MG/LG-antenne met de kabel! DAB-antenne met de kabel (voor AVIC-F88DAB, AVIC-F80DAB en AVIC-F980DAB)! GPS-antenne met de kabelNl 193HoofdstukNederlands03Inbouwen