ProbleemoplossingProbleem Oorzaak OplossingHet product start niet. Er is geen luchtdruk. Controleer of de luchtcompressor is ingeschakeld en ofhet product correct is aangesloten op de luchtslang.Zorg dat de luchtslang niet geblokkeerd of verdraaid is.Controleer de luchtstroom en de luchtdruk.Er is geen luchtstroom. Controleer of de luchtcompressor is ingeschakeld en ofhet product correct is aangesloten op de luchtslang.Zorg dat de luchtslang niet geblokkeerd of verdraaid is.De luchtuitlaat is geblok-keerd.Verwijder de blokkade. Maak de luchtuitlaat schoon.Het product werkt niet cor-rect.Controleer of er geen mechanische wrijving of verstop-ping in het product is.Inspecteer de lamel. Controleer of de lamel goed gemon-teerd en niet beschadigd is.Inspecteer de productonderdelen. Controleer of dezeniet beschadigd zijn als gevolg van corrosie.Controleer of de rotor in de juiste positie staat. ZieHetproduct gebruiken op pagina 31.De lucht stroomt re-chtstreeks door de uitlaatof de het product trilt traag.De rotor is geblokkeerd. Schud de buis voorzichtig wanneer de buis onder drukstaat.De luchtdruk is te laag omhet product te starten.Meet de luchtdruk. ZieTechnische gegevens op pagina35.Er is te weinig luchtstroomom het product te starten.Meet de luchtstroom. ZieTechnische gegevens op pagi-na 35.Er is lekkage in de lucht-slang.Bevestig de klemmen op correcte wijze op de luchtslang.Vervang de luchtslang indien nodig.Het product is niet vol-doende gesmeerd.Smeer het product. ZieHet product smeren op pagina31.De lamel is versleten. Vervang de lamel.Het product is niet correctgemonteerd.Monteer het product op de juiste manier. ZieHet productgebruiken op pagina 31.1579 - 001 - 18.12.2020 33